Keijts en Beljaars van Rijkswaterstaat:Innovaties
blijven ook in ARW mogelijk
Het Aanbestedingsreglement Werken vormt geen belemmering
voor innovaties in de bouw. Dit zeggen topambtenaren van
Rijkswaterstaat in reactie op de kritiek vanuit de bouw
op de overigens nog steeds niet gepubliceerde nieuwe regels.
De directeur Bouw en Markt van Rijkswaterstaat M.
Beljaars is er helder over in Bouwnieuws: “Alternatieve
aanbiedingen worden in de meeste situaties serieus genomen.”
Bovendien blijft overleg tussen opdrachtgever en inschrijver
ook onder de nieuwe regels mogelijk. “Voor innovatie
en creatieve inbreng is individueel overleg nodig tussen
bedrijven en aanbesteder. Dit kan zolang de contacten schriftelijk
worden vastgelegd en achteraf te controleren zijn”,
aldus Beljaars.
Samen met zijn baas directeur-generaal B. Keijts
reageert hij in Bouwnieuws op de toenemende kritiek op het
ARW 2004. Met name vanuit Vianed is de vrees uitgesproken
dat innovaties tot het verleden gaan behoren omdat het indienen
van alternatieven nog strikter wordt omschreven dan in het
Uniform Aanbestedingsreglement. Vianed-voorzitter
J. Rothweiler vond dat vreemd, vooral omdat tegelijkertijd
de bouw wordt opgeroepen te vernieuwen.
Verbaasd
Keijts en Beljaars verbazen zich overigens hogelijk over
de kritiek vanuit de bouw. Vooral de kritiek dat het ARW
zonder inspraak vanuit de bouw is opgesteld, vinden zij
onbegrijpelijk. De overheid heeft in hun visie nu eenmaal
een eigen verantwoordelijkheid.
“De bouwenquête toonde aan dat aannemers teveel
invloed hadden op de spelregels en de belangen van de publieke
opdrachtgever. Dat de Kamer haar eigen verantwoordelijkheid
benadrukt als publieke opdrachtgever, is begrijpelijk. De
bouw is geconsulteerd. Nu moet de sector de verantwoordelijkheid
van de overheid accepteren en nagaan hoe we weer gezamenlijk
in gesprek kunnen komen. We kunnen niet alles met elkaar
regelen”, aldus Keijts.
Gedragscode
De gedragscode in de bouw speelt voor de topambtenaren wel
degelijk een grote rol. Niet zozeer in de selectie, maar
wel voor de gunning. “Voor de selectie van aannemers
maakt de gedragscode niet uit. Dat kan niet met het oog
op buitenlandse aannemers. Toch kijkt Rijkswaterstaat naar
bedrijven die geen code hebben ondertekend. We vragen dan
vaak advies aan Bureau Bibob. Dat advies betrekken we bij
de afweging van gunning”, stelt Beljaars.
Keijts zou het overigens maar raar vinden als er aan het
eind van het jaar nog bedrijven zijn die de code niet hebben
ondertekend. Maar nog belangrijker vindt hij of bedrijven
ook daadwerkelijk schoon schip hebben willen maken. “Een
bedrijf dat over de schreef is gegaan en toch niet de schaduwboekhouding
bij de NMa heeft ingeleverd, plakt zichzelf een etiket op.
Die mogen duimen draaien.”
De heren zijn er geen voorstander van zich specifiek te
richten op het midden- en kleinbedrijf in de bouw. “Wij
zijn niet de hoeders van de markt”, heet het. Toch
hebben de kleinere bedrijven wel kansen. Met name bij onderhoud
hebben die volop ruimte.
bron: Cobouw
8:53:38 AM
|