Belangstelling voor promotieplaats stijgt - Wetenschap
wordt weer populair
Een wetenschappelijke carrière raakt weer in onder
Nederlandse afgestudeerden. Na jaren waarin universiteiten
voor hun onderzoek steeds afhankelijker zijn geworden van
buitenlanders, melden zich nu weer Nederlanders. De kentering
is het eerst merkbaar bij de technische universiteiten.
Vooral voor promotieplaatsen in de exacte onderzoeksgebieden
neemt de interesse toe, blijkt uit een rondgang langs hoogleraren.
'De belangstelling groeit', zegt nanotechnoloog Hans Mooij
van de TU Delft. 'Mijn nieuwste promovendi zijn voor het
eerst weer Nederlanders', zegt hoogleraar micro-elektronica
Arthur van Roermund van de TU Eindhoven.
Bij de TU Eindhoven is het aandeel buitenlandse promovendi
in het afgelopen jaar voor het eerst gedaald. Eindhoven
behoort met ruim zevenhonderd promovendi tot de grotere
werkgevers van deze zogeheten aio's (assistenten-in-opleiding).
Volgens Mooij houdt de stijgende belangstelling verband
met de economische teruggang. Ook zijn de salarissen van
promovendi vorig jaar met 25 procent gestegen.
Door de hernieuwde interesse lijkt een trend te keren.
Sinds 1998 is het aandeel van buitenlandse promovendi in
Nederland verdubbeld, blijkt uit onderzoek van de Volkskrant.
Bij de algemene universiteiten vormen zij nu ongeveer een
kwart van de populatie, bij de technische universiteiten
de helft. In totaal komen er zo'n vijfentwintighonderd
van de bijna zevenduizend aio's uit het buitenland.
Vorig jaar adviseerde het Innovatieplatform
nog dat het makkelijker moet worden om buitenlandse kenniswerkers
naar Nederland te halen. 'Dat advies geldt nog steeds',
zegt Douwe Breimer, lid van het platform en rector van de
universiteit Leiden. 'We moeten iets te kiezen kunnen hebben
bij het aannemen van aio's.'
Ook onder scholieren groeit de belangstelling voor
bèta-studies. Dit studiejaar is het aantal
eerstejaars in de natuurwetenschappen met 13 procent gestegen,
blijkt uit onlangs gepubliceerde cijfers van de vereniging
van Nederlandse universiteiten VSNU. Het totale aantal eerstejaars
steeg slechts met 5 procent.
Het aantal bèta's ligt in Nederland nog altijd twee
tot drie keer lager dan in Zweden en Finland, landen die
als voorbeelden voor de door Nederland nagestreefde kenniseconomie
gelden. Het tekort aan bèta's leidde in december
tot een Deltaplan Bèta/Techniek, waarin de ministeries
van Onderwijs, Economische Zaken en Sociale Zaken gezamenlijk
alarm sloegen.
bron: de Volkskrant
10:28:05 PM
|